Tijdens de gewone zondagsviering, tevens gezinsviering tweede zondag van de maand, kwamen 26 jongeren van de pastorale eenheid St Elisabeth Hasselt, hun naam uitspreken omdat ze allen willen gevormd worden tot Christen, volgeling van Jezus.
Na de verwelkoming door pastoor Gerard, sprak catechist Kim tot deze jongeren en de voltallige kerkgemeenschap volgende uitnodigende woorden:
We leven in een tijd met een veelheid aan keuzes en kleuren. Ons leven is voortdurend in beweging, elke dag geven we ons leven vorm en kiezen we. Vandaag kiezen deze jonge mensen ervoor Jezus’ kleur uit te dragen, en deze kleuren te laten schijnen in deze wereld.
Wij worden uitgenodigd om hen hierin voor te gaan. Maar ook om met een open hart en open geest te kijken en te luisteren naar waar deze jongeren ons voorgaan in het volgen van Jezus.
Als kerkgemeenschap verwachten wij veel van jullie. We durven dit vandaag niet altijd met zoveel woorden zeggen. Maar eigenlijk onderschatten we jullie dan.
Dus: laat jullie ware kleuren maar zien. De kleur van vriendschap van God, die niemand uitsluit, die van verdraagzaamheid, vrede en rechtvaardigheid. Het is in jullie hart. Je hoeft maar met een open hart te leven, en het zal te zien zijn.
Ik nodig jullie uit om naar voor te komen en jullie bekend te maken als kandidaat vormeling:
Bij jouw doopsel kozen je ouders mijn naam.
jouw naam dat ben je zelf.
Niet alleen voor hen ben je uniek,
jouw naam staat ook geschreven in de palm van Gods hand.
Vandaag mag de parochiegemeenschap getuige zijn
bij het opgeven van jouw naam
als kandidaat voor het vormsel.
Elk van deze jongeren kwam dan door hun naam uit te spreken, gevormd te willen worden tot volgeling van Jezus en bracht zo mee met een veertje kleur aan het naambord vooraan in de kerk geplaatst.
De eerste lezing, een tekst vrij naar Matheus, ging het over de roeping van de leerlingen van Jezus, zijn volgelingen – de apostelen. Catechist Katrijn sprak hierbij de speciaal de jongeren aan:
Je hoeft niet speciaal zijn om geroepen te worden.
Toen Jezus zijn leerlingen riep, is Hij niet naar het centrum voor leerlingenbegeleiding geweest, ook niet naar één of ander consultatiebureau. Want ik ben ervan overtuigd dat Hij daar al zijn kandidaten gebuisd of geweigerd had gezien.
Men zou het dossier Petrus hebben bekeken. En men zou gezegd hebben: veel te opvliegend. Met zo’n man komt ge nergens. Dossier dicht.
En Jezus zou gezegd hebben: “Ik heb ook nog Johannes meegebracht, een hele lieve jongen.” Men zou gezegd hebben: met die zachte kracht kom je nergens. Dossier dicht.
Jezus zou gezegd hebben: “Ik heb hier ook Judas op mijn lijstje staan. We moeten toch de wereld rond. We moeten iemand hebben die weet wat geld is.”
Men zou geantwoord hebben: “”Begin er niet aan, met die kerel ben je in de kortste keren failliet!”
Jezus zou gezegd hebben: “Ik heb ook nog aan Mattheüs gedacht, een bekeerling.”
Maar Hij hoort ze al zeggen: “Je kent zijn verleden, hij heeft in de gevangenis gezeten. Neen, Mattheüs niet!”
Jezus had dan ook nog Simon kunnen voorstellen. Maar men zei: “Zo’n fanatiek man, daarmee kan niemand praten, hij staat altijd klaar om te vechten.”
Dat was het volkje waarmee Jezus begonnen is, en elk schiftingsbureau zou gezegd hebben: “Neen, daar bouw je geen kerk op! Met die troep ga je niet door de wereld, je zal bedrogen uitkomen!”
En toch heeft Hij het geriskeerd. Het was niet altijd gemakkelijk, maar toch heeft Hij volgehouden. Hij bleef zeggen: “Met hen zal ik het doen, met deze vissers, met deze tollenaars, met deze kleurrijke mensen. Met hen zal ik mijn kerk bouwen. Een frisse wind zal vernieuwing brengen.”
Tijdens zijn homilie sprak pastoor Gerard de toekomstige vormelingen over Nikodemus, iemand die met Jezus lang over geloof en God had gesproken.
Hij verwees zo naar Jezus zelf die licht in de donkere wereld probeert te brengen, maar dat niet iedereen zo maar dat licht zal zoeken. Als je met je hart goede dingen doet, elke dag opnieuw, breng je zo dat licht in deze bij momenten donkere wereld.
Na de consecratie vormden de jongeren op uitnodiging van pastoor Gerard een kring rond het altaar en samen met alle aanwezigen in kerk werd het Onze Vader en de Vredeswens gebeden.
Na de communie volgde deze mooie tekst als afsluiter:
Een bruine en een witte hen in het grote kippenhok,
hadden het al dagenlang met elkaar aan de stok.
De witte zei: “Wat ben ik blij
dat ik niet zo’n vieze, bruine veren heb als jij.”
Dan antwoordde de bruine: “Jij bent niet alleen een lelijke, witte hen,
maar tevens het domste kieken dat ik ken.”
Het ging er fel aan toe. De haan bleef terzijde.
Hij was het moe dat geruzie tussen beiden.
Hij strekte zijn kleurrijke staart en zei op gepaste toon
Kijk naar mijn vele kleuren, net als jullie ben ik ongewoon
De hennen begrepen wat hij zei
En keken onwennig naar de haan
Die met trots zijn kleuren toonde:
Welke kleur je ook hebt, je mag er zijn
Je mag er staan,
ik zie jullie allen graag, kukelde de haan,
Afsluitend gebed gebracht door Leen:
Laten wij als ouders
onze kinderen zegenen
met hart en handen
iedere dag opnieuw.
Laten wij als ouders
onze kinderen zegenen
wij delen samen
dit gebroken bestaan
dat zich vandaag hier,
morgen daar laat voelen.
Laten wij als ouders
onze kinderen zegenen
met raad en daad
in de naam God
die zich aan ons toont
in Jezus Christus,
die zich aan ons schenkt
in de Geest.
Amen.